Irritatie scheenbeen of shin splints (mediaal tibiaal stress syndroom) Irritatie scheenbeen of shin splints (mediaal tibiaal stress syndroom)

Irritatie scheenbeen of shin splints (mediaal tibiaal stress syndroom)

Een stekende, zeurende pijn op het middelste en onderste deel van je scheenbeen kan een signaal zijn van MTSS (mediaal tibiaal stress syndroom), ook wel shin splints, springschenen of beenvliesontsteking genoemd.
Het scheenbeen wordt vooral tijdens springen en (hard)lopen zwaar belast. Om deze reden treedt shin splints vooral vaak op bij sporters (hardlopen, voetbal, handbal, volleybal e.d.) en bergwandelaars.

Kenmerken en symptomen

Het begint met lichte vermoeidheid en pijn in onderbeen en kuit. Daarna nemen de pijnklachten alleen maar toe. Wees alert op de eerste symptomen van MTSS. Wie de signalen negeert, zal merken dat de pijn telkens terugkomt. Hoe langer je de klacht onderschat, hoe erger de pijn en hoe moeilijker staan, lopen en sporten wordt.

Een shin splint bevindt zich aan de voorkant in het onderbeen. Ongeveer 8 centimeter boven de binnenenkel tegen het scheenbeen aan. Je voelt dat het beste wanneer je je voet omhoog beweegt. Deze vorm van shin splints ontstaat doordat voortdurend met grote kracht aan de spier getrokken wordt, die zich op die plaats aan het scheenbeen vasthecht (achterste scheenbeenspier). Die plek kan zeer pijnlijk zijn. Het kan zelfs zo erg worden, dat de plek ontstoken raakt. Aanvankelijk treedt de pijn vooral op tijdens belasting, maar als de blessure chronisch wordt, treedt het ook op tijdens rust.

Meestal kun je als gevolg van de klachten niet meer goed lopen. Wanneer de oorzaak niet wordt aangepakt, kan deze maanden aanhouden of terugkeren na herstel. Bij bepaalde houdingen zoals hurken of de benen over elkaar slaan kan de pijn extra voelbaar zijn.

Oorzaken      

Shin splints is een typische overbelastingsblessure. De overbelasting kan op verschillende manieren ontstaan. De meest voorkomende oorzaken zijn:              

  • schoeisel met te weinig demping en zijwaartse steun waardoor de voet naar binnen gekanteld staat (overpronatie); 
  • slecht voetbed;
  • beenlengteverschil;
  • standafwijking, zoals platvoeten, holle voeten, en naar binnen gekantelde voet (overpronatie);
  • intensief sporten: te snel beginnen, zonder warming up of in het begin van het seizoen;
  • bergwandelen, vooral door de zware belasting tijdens de afdalingen;
  • overgewicht.

Behandeling

Verdwijnen je klachten niet? Vrraag je huisarts om advies of een doorverwijzing naar een orthopedisch schoentechnicus voor orthopedische voetbedden op maat. Het dragen van steunkousen kan soms ook helpen. Draag goede schoenen en let op het dempend vermogen daarbij.