Carpaal tunnelsyndroom Carpaal tunnelsyndroom

Carpaal tunnelsyndroom

Bij het carpaal tunnelsyndroom is je middelste armzenuw in je pols bekneld geraakt. De zenuw loopt door een soort tunnel aan de binnenkant van je pols, vandaar de naam carpaal tunnelsyndroom. Bij beknelling ontstaan pijnklachten rond de duim, wijsvinger en middelvinger. In de tunnel lopen naast de zenuw namelijk pezen die je vingers kunnen buigen.

Kenmerken en symptomen

  • pijn in je hand en vingers;
  • een prikkelend, gezwollen of doof gevoel in je hand en vingertoppen;
  • een uitstralende pijn naar je onderarm, elleboog of schouder;
  • de pijn is 's nachts het hevigst;
  • krachtverlies van de hand, waardoor je snel dingen uit je hand laat vallen.

Oorzaken

De beknelling ontstaat doordat de tunnel nauwer wordt of de zenuw dikker. Hormonen kunnen hierbij een rol spelen. Ook een langzaam werkende schildklier en overproductie van het groeihormoon kunnen een carpaal tunnelsyndroom veroorzaken. Mensen met diabetes hebben een verhoogde kans, evenals mensen die veel computerwerk doen.

Behandeling

Bij aanhoudende klachten is het verstandig een afspraak te maken met je huisarts. Hij onderzoekt of er sprake is van een carpaal tunnelsyndroom. Als dat het geval is, kan hij je doorverwijzen naar een van onze orthopedisch instrumentmakers voor een orthese ofwel spalk. Een spalk kan een oplossing zijn voor je klachten. Je pols krijgt dan rust. Helpt een spalk niet, dan kan je huisarts een operatie aanraden waarbij de zenuw van beknelling wordt bevrijd.